Onbekend
Het uitbreidingsplan - zoals een bestemmingsplan toen nog heette - van 1957 voorzag in sloop van de klassieke villa 'Hoogoord' op de hoek van de Dorpsstraat en de Stationsstraat in Rosmalen. Want: een mooie plek om woningen te bouwen. Toch zou het anders lopen. ‘Hoogoord’ zag er in 1957 verwaarloosd uit, maar niet wat je noemt vervallen. Architect J. Verstappen zag er nog wel wat (lees: veel) in om zich daar in 1962 te vestigen. Dankzij hem prijkt ‘het huis van meester Ceelen’, zoals de oudere Rosmalenaren het laat negentiende-eeuwse pand met zijn fraaie neoclassicistische gevel kennen, heden ten dage op de | 19 |
gemeentelijke monumentenlijst. Zijn doopnaam staat echter onweerlegbaar op de pijlers van het al even klassieke, witte ijzeren toegangshek: HOOG aan de ene kant en OORD aan de overzijde. Volgens de gemiddelde Rosmalenaar kent hun woonplaats maar één monument: de aloude Lambertuskerk. Niets is minder waar. Rosmalen kent nog een tiental rijksmonumenten meer en daarenboven een stuk of veertig panden, die op de gemeentelijke monumentenlijst staan. Een van de mooiste gemeentelijke monumenten is de ‘klassieke villa’ Hoogoord (Stationsstraat 2). Men herkent er ook de klassieke negentiende-eeuwse burgemeesterswoning in en dat zou best wel eens kunnen kloppen, want volgens de overlevering is het burgemeester L.L.M.A. Nieuwenhuijzen (1880-1911) geweest, die deze villa, sinds 1962 bewoond door de bekende Rosmalense architect J. Verstappen, heeft laten bouwen.1 In de volksmond hoort men ‘Hoogoord’ echter vaker het huis van meester Ceelen noemen, want vóór Verstappen woonde de nog altijd niet vergeten hoofdonderwijzer Ceelen daar. Overigens heeft ook Verstappen (75) er de langste tijd gewoond, want hij is voornemens zijn huis te verkopen. RepresentatiefBAAC Bouwhistorie en Archeologie B.V. rapporteerde in 2003-’04 zeer lovend over dit laat negentiendeeeuwse pand met zijn fraaie neo-classicistische lijstgevel. In het middenstuk, met bovenaan een gebogen fries die doorloopt in de kroonlijst van de gevel, is de bordeauxrode deur met getoogd bovenlicht als het ware ‘verdiept’ aangebracht. Met daarboven, gedragen door twee hardstenen consoles, het eveneens hardstenen balkon, voorzien van een smeedijzeren hekwerk. Boven de dubbele deur naar het balkon zorgde een halfrond bovenlicht voor de nodige lichtinval op de zolder, waar in verband met de groei van het gezin Verstappen in de jaren zestig van de afgelopen eeuw vier slaapkamers en een badkamer werden gemaakt. Eerder was de eerste verdieping slechts zolder, met aan de voorzijde, rechts van het midden, één (ouder)slaapkamer. Opvallend zijn de zijgevels, die in blokmotief gepleisterd zijn. Volgens het deskundig oordeel van BAAC mag ‘Hoogoord’ representatief heten voor de villabouw aan het eind van de negentiende eeuw. Bij avond in floodlight wordt de schoonheid van het pand opvallend geaccentueerd.Rijk gedecoreerdBij binnenkomst valt onmiddellijk de slingertrap met zijn ‘rijk gedecoreerde trappaal en balusters met dezelfde allure’ op. Onder de trap is de toegang – met nog een oud houten kaaskastje – naar een grote kelder met gewelven. Tegenover de trap hangt een enorme antieke, waarschijnlijk Italiaanse, spiegel, die in een goudkleurige lijst met een klassiek geornamenteerde kuif bijna tot aan het plafond reikt. Links van de gang die het huis in twee helften verdeelt, bevinden zich voor- en achterkamer, gescheiden door een wand met schuifdeuren. De originele stucwerk-plafonds met een rijk middenornament en een kabelomlijsting, sieren nog altijd beide kamers, maar van de overhoekse schouwen heeft alleen die in de achterkamer de tijd overleefd. De achterkamer, klassiek gemeubileerd, krijgt extra allure door een ‘monumentale’ zeventiende-eeuwse kussenkast met een verborgen slot. Een ouderwets staaltje vakmanschap, te meer als men weet dat er geen spijker aan te pas is gekomen.Rechts van de gang bevindt zich de vroegere spreekkamer – ook nog met origineel gestuct plafond – | 20 |
met daarachter een keuken, die eens zo groot is geworden en uitgebreid met een bijkeuken toen Verstappen aan de rechterzijde van zijn huis een grote serre liet bouwen, die het architectenbureau tot tekenkamer diende.Rododendrons‘Hoogoord’ ligt midden in een grote tuin. Het gehele perceel is 4300 vierkante meter groot. Langs de Stationsstraat liet Verstappen z’n tuin volzetten met zo’n 78 rododendrons, nu nog elk jaar een lust voor het oog. Ook vanuit de serre, waar gedurende zoveel jaren een niet te stillen stroom bouwplannen van de tekentafels rolde. Heel veel woningwetwoningen, z’n eerste in Geffen, weet Verstappen nog. Aanzienlijke aantallen volgden, niet alleen in Geffen, maar ook in Rosmalen, Berlicum, Vlijmen, Berghem, enz. Veel utiliteitsbouw ook, zoals winkels en kantoren. Hier en daar, onder andere aan de Raadhuisstraat in Rosmalen, verrezen van zijn hand zogeheten Ontmoetingskerken, praktische rechthoekige ruimten (‘blokkendozen’) die in nieuwbouwwijken zowel kerk als ontmoetingsruimte waren. Van de industriële bouw die hij pleegde is een grote exportslachterij in Rotterdam hem het meest bijgebleven. ‘Die slachterij moest zowel aan Nederlandse en Europese als aan Amerikaanse eisen voldoen.’In tal van plaatsen heeft het Rosmalense architectenbureau ook een stuk ruimtelijke ordening gedaan. Verstappen ontwierp voorts een prefab-bungalow, waarvan het prototype op het Sweelinckplein in ’s-Hertogenbosch heeft gestaan. Er zouden er niet meer dan een stuk of acht volgen, want bungalows zetten weinig zoden aan de dijk in de strijd tegen de woningnood. Lage plafonds…Na zijn studie VBO (Voortgezet Bouwkundig Onderwijs) in Arnhem – de voorloper van de Rietveldacademie – vestigde Verstappen zich in 1957 als architect. Ondanks toenmalige voorspellingen, dat de woningnood binnen drie jaar opgelost zou zijn, durfde Verstappen de ‘grote stap’ naar Rosmalen in 1962 wel aan. Als geboren en getogen Rosmalenaar wist hij als geen ander dat Rosmalen bekend staat als een echt aannemersdorp. Dat de verhuizing naar Rosmalen alleszins verantwoord was, werd bevestigd door de gang van zaken. In de hoogconjunctuur die zou volgen telde het architectenbureau van Verstappen wel acht of negen man. In 1996 hield Verstappen het voor gezien. Omdat het huis voor hem alleen natuurlijk veel te groot is heeft hij na lang wikken en wegen besloten de villa ‘Hoogoord’ te verkopen. Met de nodige pijn in het hart. ‘Waar ik misschien wel het meeste aan zal moeten wennen zijn de lage plafonds die me staan te wachten als ik kleiner ga wonen.’ | 21 |
Noten | |
1. | Volgens de leggers van het kadaster in het archief van Rosmalen kocht burgemeester Nieuwenhuijzen in 1883 een akker ter plaatse van het huidige Stationsstraat 2 en bouwde hij daar in 1884 een huis (art.nrs. 918 en 1872). De even verderop gelegen spoorlijn was in 1881 in gebruik genomen. |
BeschrijvingAlgemeen:Dit laat negentiende-eeuwse neo-classicistische pand is gelegen aan de Stationsstraat in Rosmalen. De toegang tot het perceel met de vrijstaande woning is voorzien van een negentiende-eeuws hekwerk met daarop de naam "Hoog Oord". Het pand omvat een kelder, een begane grond en een zolderverdieping onder een afgetopt tentdak. De schilden van het dak zijn gedekt met gesmoorde, verbeterde Hollandse pannen. In de tweede helft van de twintigste eeuw is het pand aan de rechterzijde met een eenlaags serre uitgebouwd.Voorgevel:Deze neo-classicistische lijstgevel heeft een middenrisaliet en hoeklisenen in de vorm van een langgerekt paneel. Het middenrisaliet bevat de verdiept in het gevelvlak liggende voordeur met getoogd bovenlicht. Hierboven bevindt zich een hardstenen balkon op twee consoles en voorzien van een smeedijzeren balkonhek. Het balkon is toegankelijk via de vernieuwde naar buiten draaiende deuren op de eerste verdieping. Boven de deuren bevindt zich een halfrond bovenlicht. Het middenrisaliet is geaccentueerd met een brede gepleisterde omlijsting die nagenoeg identiek is aan de hoeklisenen. Het risaliet is afgesloten met een gebogen fries dat doorloopt in de kroonlijst van de gevel. Aan weerszijden van het middenrisaliet bevindt zich op begane grond niveau een groot venster. Dit T-venster heeft een getoogd, glas-in-lood bovenlicht. De vensteropeningen hebben hardstenen onderdorpels en een zware stucwerk omlijsting die aan de bovenzijde voorzien is van een kuif. De vensters zijn voorzien van buitenluiken met stores. Op het zolderniveau is het middenrisaliet aan beide zijden voorzien van een aanzienlijk kleiner, getoogd, tweeruits venster. De vensteropeningen hebben hardstenen onderdorpels en een zware stucomlijsting met van kuif. De gevel heeft een gepleisterde of hardstenen plint. De kroonlijst is voorzien van een geprofileerde bakgoot.Linkerzijgevel:De linkerzijgevel is in blokmotief bepleisterd en gaat grotendeels schuil achter de begroeiing op het perceel. De gevel bevat twee vensteropeningen. De T-vensters zijn getoogd en voorzien van buitenluiken met stores. De gevel is aan de bovenzijde afgesloten met een eenvoudige bakgoot.Rechterzijgevel:De rechterzijgevel is net als de linkerzijgevel in blokmotief gepleisterd. Het grootste deel van de gevel gaat schuil achter een moderne serre. Het dakschild is voorzien van een modern daklicht. | 1 |
Achtergevel:De achtergevel is vanaf de openbare weg niet zichtbaar.Interieur:Het pand heeft op de begane grond een doorlopende gang in het midden. Ter linkerzijde bevinden zich de voor- en de achterkamer die worden gescheiden door een wand met daarin schuifdeuren. De overhoekse schouw tegen deze wand is enkel in de achterkamer behouden. Beide vertrekken zijn voorzien van een stucwerk plafond met een rijk middenornament en een kabelomlijsting. De slingertrap naar de zolderverdieping heeft een rijk gedecoreerde trappaal en balusters met dezelfde allure. In de jaren zestig is naar verluidt op de eerste verdieping een indeling met slaapvertrekken tot stand gekomen.Redengevende omschrijvingHet pand aan de Stationsstraat heeft monumentale waarde vanwege de gevels, de bouwmassa, de situering en vormt een ensemble met de tuin. Het gebouw is van historische waarde en representatief voor de villabouw aan het einde van de negentiende eeuw. De interieurindeling en een aantal interieurelementen heeft kunsthistorische waarde. | 2 |